We hebben allemaal dromen als we jong zijn. Meestal zijn ze niet erg realistisch. Tenslotte is de behoefte van de maatschappij aan cowboys, indianen en ridders niet meer wat het geweest is, en we kunnen ook niet allemaal astronaut worden.
Mijn droom was om kunstenaar te worden. Ik kon goed tekenen, en ik was bekend met beroemde schilders als Rembrandt en Picasso, ook al was ik nog nooit in een museum geweest.
Mijn ouders waren niet zo ingenomen met mijn keuze. Dat ging ongeveer zo.
‘Wat zei je dat je later wilt worden?’
‘Kunstenaar. Je weet wel, schilderijen. En ik wil verdomd goeie schilderijen maken ook nog.’
‘Hee, hee. Let een beetje op je woorden, jongeman.’
‘Hoe bedoel je? Wat is er mis met schilderijen?’
‘Je weet best wat ik bedoel, slimpie. Vader, kom eens horen wat je zoon later wil worden?’
‘Weet ie wat ie later wil worden? Dat is mooi! En hij zit nog niet eens op school. Wat wordt het, knul? Elektricien zoals je vader?’
‘Nee, pa, ik wil kunstenaar worden. Je weet wel, schilderijen en zo … mooie schilderijen.’
‘O, een kunstenaar. Nou, je tekent mooie paarden, dat moet ik toegeven. Maar weet je, jongen, wij zullen er niet altijd zijn om je te eten te geven.’
‘Wat bedoel je, pa?’
‘Dat er geen droog brood mee te verdienen is. Dat weet iedereen. Kijk maar naar hoe-heet-ie-ook-alweer … Van Gogh. Sneed z’n eigen oor af omdat niemand z’n schilderijen wilde kopen. En terecht. Een kind kan het beter. Vierkante hoofden en ledematen op de verkeerde plaatsen…’
‘Dat is volgens mij Picasso, pa.’
‘Maakt niet uit. Die kunstzinnige types zijn allemaal hetzelfde. Armoedzaaiers en klaplopers, stuk voor stuk. De meesten hebben geen nagel om aan hun kont te krabben. Nee, dan kun je beter een vak leren. Daar heb je de rest van je leven wat aan, geloof me.’
‘Ja, jij zal het wel het beste weten, pa.’
‘Natuurlijk weet je vader het het beste. Hij heeft er hard voor moeten knokken om te komen waar ie nu is. Altijd heeft ie goed voor ons gezorgd, ook in magere tijden. Had geen cent te makken toen ik met ’m trouwde (dat was natuurlijk wel in de oorlog), maar hij ging naar de avondschool en leerde zijn vak verder in de praktijk. En kijk maar wat ie bereikt heeft.’
‘Wat heeft ie dan bereikt, mam?’
‘Een goede baan, dat is wat ie bereikt heeft. En hij verdient goed ook. Heeft zijn eigen brommer om mee naar z’n werk te rijden. Hij heeft het goed gedaan, en het is heus niet altijd makkelijk geweest, dat kan ik je wel vertellen.’
‘Oké … maar kan ik dan kunstenaar worden?’
‘Natuurlijk kan dat. Tekenen is een hartstikke leuke hobby. Kijk maar naar dat mooie portret dat je laatst van tante Lena hebt gemaakt.’
‘Dat was een paard, mam.’
‘Een paard?’
‘Ja, ik hou van paarden.’
‘Hmm. Ja, dat weet ik natuurlijk wel. Maar je zou toch af en toe eens een leuk portret van iemand moeten maken. Dat vinden mensen leuk, weet je.’
‘Ja, dat zal wel. Maar wat heb ik eraan als ik er niets van kan verkopen?’
‘Nou, je moet vooral niet naar mij luisteren. Word dan maar kunstenaar als je dat zo graag wilt. Let maar niet op ons. Wij zijn je ouders maar. Wat weten wij er nou van? Maar zeg later niet dat we je niet gewaarschuwd hebben.
‘Zeg, waarom pak je je schetsboek niet en teken je niet een mooi portret van je moeder?’
‘Een andere keer misschien, mam. Ik heb nu niet zo’n zin in tekenen.’
Dus gaf ik het op. Dat had natuurlijk niet gehoeven, maar ik dacht dat er niets anders op zat. Hé, ik was nog een kind, en ik deed wat me gezegd werd. Maar het liet een leegte achter die ik nooit met iets anders heb gevuld. Ik deed het niet zo goed op school en ging op mijn vijftiende aan het werk als leerling drukker en chemigraaf.
Ik heb er geen spijt van. Wat gedaan is, is gedaan. Maar het is nooit te laat om opnieuw te beginnen. Elke dag is een nieuw begin. Hieronder staan een paar tekeningen die ik maakte toen ik tien was. Ze zijn niet slecht voor een tienjarige, maar ik moet toegeven dat ik niet veel ben opgeschoten. Maar zoals we hebben geleerd van Grandma Moses kun je ook op latere leeftijd nog met iets nieuws beginnen.
Lees voor een prachtig verhaal van een jongen die zich niet van zijn roeping laat afbrengen My Name is Asher Lev by Chaim Potok. Deze link is voor de Kindle-editie op de site van Amazon. Ik las het boek als tiener en was er diep van onder de indruk. Als je ook het vervolg wilt lezen…: The Gift of Asher Lev.
Copyright © 28-10-2017 Theo van der Ster
De reacties onder dit blogbericht zijn gesloten. Wil je contact opnemen, dan kan dat op deze pagina.